De Zen van het leven

'De Zen van het leven'

Hoofdstuk 21


Zen is 'Zelfkennis'

Elke stap op de weg van Zen is erop gericht een dieper inzicht te verwerven in het functioneren van je eigen geest. Zen biedt je geen enkel houvast in de vorm van leerstellingen of bevrijdende rituelen. Aan Bodhidharma, de eerste Zen-patriarch, wordt het volgende citaat toegeschreven als antwoord op de vraag wat zijn leer nou eigenlijk behelst:

Een bijzondere traditie buiten de geschriften om,
Geen afhankelijkheid van woorden en letters,
Direct gericht op het hart van de mens.
Men verwerft boeddhaschap door onderzoek van de eigen natuur.

Deze verwijzing naar de zelfkennis is geen bijzonder kenmerk van Zen, zij staat centraal in iedere spirituele traditie. Zo lezen we in de Tao-Teh-Tjing:

Wie anderen kent is wijs, wie zichzelf kent is verlicht.

Ook Jezus onderstreept herhaaldelijk met grote nadruk het belang van de zelfkennis:

Jezus zei: Hij die alles kent, maar gebrek heeft aan zelfkennis, heeft overal gebrek aan.

Het is de aansporing van de mystici uit alle tijden. Zo lezen we bij Richard van St. Victor:

Indien gij de diepte van God wilt doorvorsen, doorvors dan de diepte van uw eigen geest.

Al deze citaten laten er geen twijfel over bestaan dat de weg naar de beleving van de zin van het leven, de weg naar bevrijding in ons bestaan, naar binnen leidt. Maar wat behelst dan die zelfkennis, waarom ligt daarin de poort naar bevrijding? Het antwoord is niet zo moeilijk te ontdekken maar de consequenties zijn letterlijk angstaanjagend.
Zelfkennis is leren zien hoe je gevoelens voor een deel bepaald worden door biologische instincten en drijfveren, en dus ook leren accepteren dat er altijd dierlijke trekken in je zullen huizen die primair dienen voor het overleven van het individu en het in standhouden van de soort.
Zelfkennis is ontdekken hoe je 'zien' bepaald wordt door de wijze waarop je visuele indrukken hebt leren interpreteren. Dat proces steunt deels op eigen ervaringen, maar voor een groot deel ook op richtlijnen die je van anderen hebt gekregen. Zelfkennis is beseffen hoe je denken bepaald wordt door je zoeken naar de veiligheid van een begrijpelijke werkelijkheid waarin alle irrationele angsten kunnen worden bezworen.
Zelfkennis is begrijpen hoe je handelen voor een groot deel bepaald wordt door de hunkering naar erkenning en waardering, zodat je een veilige sociale context creëert, je 'erbij hoort'.
Zelfkennis is het diepe besef dat je door al die invloeden een eigen wereld schept, die jij begrijpen kunt en die jouw handelen richting geeft. Het mag je dan echter niet bevreemden dat die wereld beestachtige trekken vertoont, dat verdrongen angsten er een hoofdrol vervullen, dat de ene filosofie na de andere religie ontstaat om de ongrijpbare werkelijkheid te bedwingen, dat mensen over elkaar heen vallen en elkaar naar het leven staan om zich persoonlijk in te dekken tegen gevaar, geweld en eenzaamheid. Het zijn allemaal projecties van wat diep in jezelf aanwezig is.

Willen we in ons leven oog krijgen voor een diepere werkelijkheid, dan zullen we verder moeten reiken dan het zelfgeschapen wereldbeeld. Alleen zelfkennis, het ontrafelen van alle draden van het web waaruit we die wereld gecreëerd hebben, kan ons voorbij die subjectieve belevings- en denkwereld voeren. Op het moment dat je inziet dat alle beelden die jij van het leven, de wereld en de werkelijkheid hebt, in jouzelf vorm hebben gekregen, worden ze transparant, verliezen ze de grondslag van objectiviteit die we er vaak onbewust en ongewild aan toegekend hebben.

Zen vraagt een niet-aflatende oplettendheid om ons van onze scheppingsdrang bewust te worden. Niet omdat ze fout is, ze is diepmenselijk en onontbeerlijk voor de overleving. Maar je houdt, telkens weer, je eigen schepping voor de objectieve werkelijkheid! Blijf dus jezelf observeren, hoe je ziet en interpreteert, hoe je hongert en dorst, hoe je oordeelt en veroordeelt. Besef wel hoe verschrikkelijk moeilijk dit is. Het slaat elke bodem onder je weg, het opent een angstaanjagend perspectief op een wereld die je niet met je verstand kunt kennen, waar geen enkel werkelijk houvast bestaat. Het plaatst je oog in oog met een verschrikkelijke leegte, want al het denkbare maakt deel uit van die eigen schepping die misschien wel jouw werkelijkheid van dat ene moment is, maar niet de werkelijkheid van een ander of van een ander moment, laat staan een objectieve werkelijkheid met eeuwigheidswaarde.

Alleen gewapend met het diepe vertrouwen, los van alle bedrieglijk weten, dat er een grond voorbij het weten is, een wijsheid voorbij alle wijsheid, kun je deze angstaanjagende leegte van de geest tegemoet treden. Het is een uitdaging zonder perspectief voor de vragende geest, maar de enige weg naar de bron van je bestaan, naar wie je in de diepste grond bent.

(Uit: 'De zen van het leven', © Jos Stollman)